De plant vormt een langwerpige gesloten krop die aan de buitenkant groen is en lichtgeel van binnen.
Suikerbrood (Groenlof) kan je zowel rauw als gekookt eten. De smaak ligt ergens tussen die van witloof en andijvie. De bladeren van suikerbrood zijn vrij bitter en worden gestoofd. Het binnenste gedeelte kan, in reepjes gesneden, gebruikt worden in slaatjes waaraan het dan een pittige smaak geeft.
Het is ook een groente die je nog lang in het najaar vers van het veld kan eten.
Stapelkorting
| 6 plantjes | voor €6,- |
| 12 plantjes | voor €10,- |
| 18 plantjes | voor €14,- |
Plantafstand:35 x 35 cm.
Suikerbrood kan op vrijwel alle grondsoorten goed geteeld worden en vraagt een eerder arme grond. Een plaatsje in de tuin in halfschaduw is beter dan in volle zon. Plant de perspotten niet te diep, zet ze op de grond met ongeveer ½ van de kluit onder de aarde. Op deze manier verminder je het contact met de grond en wordt de kans op schimmelinfecties kleiner.
Wanneer je vroeg plant in het voorjaar of in volle zomer dan zijn ze erg gevoelig voor doorschieten. Wanneer de planttemperatuur boven de 25° komt stopt de groei en een niet gelijkmatig doorgroeien van de suikerbroodplant is ideaal om door te schieten.
Opletten met stikstof: bij een teveel zal de smaak eronder lijden. De kroppen worden dan immers bitterder en minder zoet.
Een beetje nachtvorst kan geen kwaad, anders is afdekken aangewezen. Je kan suikerbrood tot wel eind november buiten laten. Na een beetje vorst zal het suikerbrood trouwens een rijkere smaak hebben.
Suikerbrood en bladluizen gaan helaas goed samen... Maar het is zowat de enige moeilijkheid (buiten doorschiten natuurlijk) dat je met suikerbrood kan ondervinden.
| Specificaties | Groenteplanten |
|---|---|
| Maand | Juli, Juni, Mei |
| Buiten of binnen | Buitenteelt |
